Doelsoort : Planten die van nature in Nederland op kleigronden voorkomen (=inheemse flora). Mengsel : Meerjarig mengsel met plantensoorten van voedselrijke graslanden. Bodem : Matig voedselrijke grond. Hoogte : Middelhoge vegetatie. Beheer : Jaarlijks tweemaal maaien en afvoeren. Maaien eerste keer eind juni, tweede keer in september. Het is wenselijk om enkele delen van de vegetatie niet te maaien of later te maaien in verband met rupsen en poppen. Maaihoogte 8-10 cm boven maaiveld. Komposition: 5% Gewoon duizendblad, 5% Margriet, 5% Echte marjolein, 5% Pastinaak, 5% Gele morgenster, 5% Rode klaver, 5% Gewone rolklaver, 5% Scherpe boterbloem, 5% Gewone brunel, 5% Smalle weegbree, 5% Glad walstro, 5% Veldlathyrus, 5% Groot streepzaad, 5% Veldzuring, 5% Knoopkruid, 10% Rood zwenkgras, 5% Luzerne, 10% Gewoon struisgras.
Klicken Sie hier für weitere Informationen über Aussaat und Wartung.